De laatste fase van je leven ingaan is in mijn geval geen pretje, maar ik kan terugkijken op een ongelooflijk avontuurlijk, bijzonder, mooi en spectaculair leven en daar ben ik heel dankbaar voor. Verreweg het grootste deel van mijn leven was ik samen met mijn lieve Bertie. Onze avonturen begonnen in 1967 toen we elkaar al mineralen zoekend ontmoetten in Idar-Oberstein. OK, ik heb heel veel gereisd, over de hele wereld, en dus had ik een veel grotere ecologische voetafdruk dan nu, maar in die tijd wisten we ook niet veel beter. Het verstand en het bewustzijn over het klimaat, het milieu en biodiversiteit komt met de jaren. Het besef dat er heel veel dierenellende was en is, werd mij met de paplepel door mijn ouders ingegeven. Mijn broer en ik zijn dan ook vegetarisch opgegroeid en zelf ben ik uiteindelijk veganist geworden. Ik vind dan ook dat als je werkelijk om dieren geeft, moet je ze ook niet eten en dat probeer ik zover mogelijk door te voeren, of zoals George Bernard Shaw dat zo treffend zei: “Animals are my friends, and I don’t eat my friends”.

Vlees en vis doodt dieren, doodt ons en dood onze economieën. Stoppen met dieren eten betekent het einde van honger en het einde van veel ziektes. De teloorgang van de aarde komt niet van de Taliban, IS of andere gewelddadige instituten, maar door onze eetgewoonte. Onze vorken en messen zijn massavernietigingswapens!

Enfin, nu ben ik alweer met mijn stokpaardje bezig, maar Femke, onze jongste dochter, vroeg mij een stukje te schrijven over hoe ik op mijn leven terugkijk. In ieder geval dus met veel dankbaarheid naar mijn ouders toe en met nog meer dankbaarheid naar Bertie die mij in de meeste van mijn avontuurlijke grillen volgde.

Wat een reizen!

Dos in Djenne – Mali. Zijn derde grote reis naar Afrika.

Wat hebben we niet een ongelooflijke reizen gemaakt en delen van de wereld gezien waarvan de meeste mensen alleen maar kunnen dromen. Helaas heb ik ook de onderwaterwereld, maar ook veel van de natuur bovenwater kapot zien gaan. We hebben er ook veel voor overgehad om deze avonturen en expedities te kunnen realiseren. In India opgelopen Lyme heeft mijn hart ernstig aangetast en nu heb ik via de genen van mijn grootvader van moeders kant kanker opgelopen die zich heftig heeft uitgezaaid. Nooit had ik gedacht dat het met mij zover zou komen. Eerder dacht ik te sterven in een van de heftige “downcurrents” die ik beleefde; stromingen die je in hoog tempo omlaag sleuren, zo heftig, dat de bubbels die ik uitademde niet meer omhoog gingen maar ook omlaag, waardoor je totaal gedesoriënteerd raakt. Ik ben in de Algerijnse Sahara beschoten door iemand die kennelijk niet blij was met mijn/onze (met mijn vriend Fons) aanwezigheid. We waren daar op zoek naar bijzondere reptielen en insecten. Dat hebben we dankzij onze goede conditie overleefd. Ik deed in die tijd fanatiek aan atletiek. In diezelfde Sahara werden we op een ochtend wakker gemaakt door een groep mannen in lange blauwe gewaden. We sliepen in de auto en de mannen bleven op afstand. Er ontstond werkelijke paniek toen ik uit de auto stapte en begreep uiteindelijk van een van de mannen die een beetje frans sprak, dat we op een mijnenveld stonden en dat we exact in ons eigen spoor achteruit moesten rijden. We hebben het overleefd. En toen mijn hart nog in topvorm was en het 52 graden Celsius was, heb ik in Mali op het Plateau van de Dogon in Sanga, met Dogon-jongens gevoetbald.

We waren in die tijd nog echte pioniers en het is dan ook een wonder dat ik in meer dan 100 verre reizen alleen maar die cardiale Lyme heb opgelopen. Waarschijnlijk mede dankzij de verplichte vaccinaties die we moesten nemen. Ik barst nog van de “gele boekjes” met vaccinaties tegen alles wat vervelend is, zoals cholera, tyfus, paratyfus, gele koorts enz. En duizenden pillen tegen malaria. Zonder die vaccinaties kwam je ook bijna geen land in.

Koppensnellers

We bezochten in Tyrap (India, exact op de grens met Myanmar/Birma) de laatste koppensnellers en mochten de gesnelde koppen of wat er nog van over was, ook fotograferen.

Uiteindelijk moesten we daar vluchten, omdat er militairen kwamen die de militanten van Tyrap – Tyrap wil nog altijd onafhankelijk worden van India – gevangen wilden nemen. Vluchten moesten we ook uit Zuid-Soedan, waar we lokale gemeenschappen wilden fotograferen. De chauffeur van onze 4-wheel drive had een “brillant” idee, We gaan via noordwest Kenia naar Oeganda. Daar leven de Karamojon. Hij had er niet bij verteld dat het een levensgevaarlijke expeditie was en dat we met een zwaarbewapende militair op de motorkap en één achterin over zandpaden urenlang naar het Karamojondorpje dorpje moesten scheuren, omdat hier dagelijks overvallen op iedereen die hier maar passeerde gepleegd werden. Die nacht sliepen we in een verlaten “huis” omringd door mannen met karabijnen en Kalasjnikovs. ‘s Nachts hoorden we overal schoten! De Karamojon bleken echter vredelievende mensen die in deze droge tijd niet graag hun vee lieten stelen door naburige stammen.

Mooiste ervaring

Vaak wordt mij gevraagd “wat is nu jouw mooiste foto” of, “wat was je meest bijzondere ontmoeting met mens of dier?” Die vraag kan ik niet beantwoorden, want je kunt geen appels met peren vergelijken. Mijn hoofd puilt uit van de bijzondere ontmoetingen, variërend tenminste 50 mantaroggen die als Boeings 747 over mijn hoofd zweefden bij het eiland Sangalaki bij Oost-Kalimantan. Ze kwamen zo dichtbij dat ik ze met mijn 16 mm groothoeklens niet volledig kon fotograferen. Of wat te denken van onze duikexpeditie naar het Meer van Titicaca op een hoogte van 3812 meter, waar we voor een TV-documentaire op zoek waren naar de grootste kikker ter wereld.  Toen de BBC hier lucht van kreeg, plaatsten ze meteen een dubbele pagina in hun BB-Wildlife Magazine.

Onderwater ontmoetingen met zeeleeuwen zijn ook altijd heel spectaculair, zoals bij de Galapagos Eilanden, maar ook bij Kangaroe Eiland ten zuiden van Adelaide in Australië, waar ik drie weken lang op zoek was om Sea Dragons, familie van de zeepaardjes, te fotograferen. Adembenemend mooi.

En over zeepaardjes gesproken: ik heb twee nieuwe soorten ontdekt, zoals deze van een zwanger mannetje.

Soms kan een toevallig moment achteraf heel bijzonder zijn, zoals de twee citroenhaaien die elkaar vlak voor mijn lens net even aanraken en ik juist op tijd afdrukte. De foto is zo’n beetje het boegbeeld van Sea First geworden.

Zo zou ik nog uren door kunnen gaan met vertellen. Wie weet krijg ik nog de kans een boek te maken, want ik heb van alle reizen dagboeken bijgehouden.

Regenwouden, woestijnen, onderwater in de mooiste koraalgebieden ter wereld (die nu allemaal ernstig ziek zijn , of er al helemaal niet meer zijn), mangrovebossen, hoge bergmeren en meer dan 90 stammen bezocht in India, Afrika, Azie, Papua-Nieuw-Guinea en het Amazonegebied. Bekijk alsjeblieft ook eens onze foto’s in de Galerie van deze website en de TV-documentaires. Dat alles neemt niemand mij meer af!

Met oneindig veel dank aan mijn ouders, die er al jaren niet meer zijn, maar altijd in angst zaten als ik weer op avontuur was, mijn kinderen Gwen en Femke en natuurlijk Bertie, want zonder haar was mijn leven misschien wel een flop geweest.

Dos Winkel september 2021